dinsdag 20 april 2010

Dag 12 Merida - Aljucen


Er zijn af en toe van die dagen dat ik mij alleen maar kan voortslepen, vandaag is zo'n dag dat je eigenlijk alleen maar in bed wil liggen.

Vanmorgen gaat de wekker om half zeven en je stapt nog niets vermoedend je bed uit, ik was eigenlijk wel blij dat ik opmocht staan na een nacht van draaien, wakker worden en weer weg sukkelen.
Ik begon toch wel opgewekt aan de dagelijkse bezigheden, tot ik bemerk dat ik mij nog niet geschoren had, doe ik altijd 's avonds, programma in de war, vaste ritme weg, je moet nadenken of je al dan niet wil scheren. Een kleine vraag (je doet het of niet, het is zo simpel), toch wordt het ritme verstoord wat je al had ingepakt moet er weer uit, ik wil toch wel prettig weg anders loop ik de hele dag aan mijn kin te voelen en denk dat ik er niet uitzie.
A la, om zeven uur de deur uit, de stad slaapt nog op woensdagmorgen bij de eerste helling in de stad merk ik al dat ik mij naar boven sleep, meer hijgen even stil staan en dan toch maar voet je voor voetje verder, gelukkig is de weg goed aangegeven en ik loop voor mijn gevoel moeizaam helling na helling op (de tocht staat beschreven als een stijgende tocht). Dan vallen de eerste spetters, het zijn nog druppels, een beetje motregen, net niet genoeg om de regenkleding te voorschijn te halen, wel om een beetje nat te worden.
Ik loop langs het meer van Embalse de la Proseperina, de weg is opgebroken en de pelgrims worden omgeleid. Ik heb het gevoel dat we een heel eind om moeten dus probeer ik over het bewerkte terrein te gaan, ik loop vast en vraag de weg, ja inderdaad ik moet een heel eind om zo wordt gewezen, dan wordt mijn teleurstelling opgemerkt en wenkt hij mij naar een gat in het hek en mag ik verder over het terrein.
De weg en het pad langs het water ligt helemaal overhoop en de wegwijzers zijn niet te vinden, met het route boek en de kaart weet ik de weg uiteindelijk te vinden en ben blij als ik na een aantal kilometers weer een gele pijl tegen kom. Je zal toch weer terug moeten.
Het landschap is prachtig en doet denken aan de paadjes die wij gelopen hebben in Griekenland, heuveltje op en af, langs stenen muurtjes, boompjes, gras en bloemen, grote granieten stenen of Romeinse muurtjes in het veld. Als mijn voeten wat beter hadden gewild had ik waarschijnlijk genoten, nu sleepte ik mij voort en de regen wordt zodanig dat ik mijn regenkleding toch maar aan moet trekken, heel gedoe in het openveld als het regent.
De omgeving wordt meteen grijs. Gelukkig de herberg is niet ver, ik plof dan ook met veel plezier op mijn bed om diep in mijn slaapzak weg te duiken, ik heb het koud.
We kunnen vanmiddag eten in de bar, menu over anderhalf uur, ik besluit mee te doen en mij tot die tijd rust te geven. Het middagmaal is geweldig pelegrinosoep smaakt goed, met gebakken eieren en salade daarna en afgesloten met fruit omringt door water en wijn en disgenoten die in Duits, Italiaans, Engels, Nederlands en Frans met elkaar converseren, geweldig toch.
We zitten echt te lunchen en om half vijf staan wij op. Ik ontmoet nog even mijn Engelse vriend John, hij zit bij de bar op het pleintje te schrijven aan vele vrienden, onder genot van een pilsje, de herberg vindt hij te duur en hij slaapt vijf kilometer verderop in een tentje dat hij meesjouwt en gaat zelf weer eten koken op zijn brandertje.
Ik besluit nog even weg te duiken in bed het doet mij goed en met de nodige smeersels en pillen voel ik mij later in de overvolle herberg weer een beetje de oude, als ik vannacht nog goed slaap zou dat helemaal geweldig zijn.










Geen opmerkingen:

Een reactie posten